ATM. Een van de eerste uitdagingen als je buiten Europa zit: het vinden van zo’n apparaat. Het staat voor Automated Teller Machine. Of Adobe Type Manager, Asynchronous Transfer Mode of Amsterdam Treasury Bond Market. Maar dat bedoelde die jongen allemaal niet toen hij ‘é tee em’ zei. Wat hij afkortte was: at the moment. In het Nederlands beter bekend als ‘nu’.
Die jongen was geen buitenlandse jongen en sprak prima Nederlands. Oké, een klein ruw straattaalrandje, maar dat hoeft geen directe reden te zijn om een Engelse afkorting te gebruiken die niet korter is dan de Nederlandse vertaling. Uitleggen waarom je een afkorting gebruikt, hoeft niet. Het woord zegt het al en wanneer je er eentje gebruikt, ben je meestal druk of lui. Waarom zou deze beste jongen dan een woord bestaande uit twee letters vervangen voor een afkorting bestaande uit drie letters? Hier ben ik ‘m even kwijt.
Bovendien, een afkorting gebruiken in spreektaal? Hoe vaak doe je dat? Voor zover ik weet, zijn afkortingen oorspronkelijk bedoeld voor schrijftaal, zodat je minder hoeft te schrijven. Spreken doe je veel sneller dan schrijven, dus afkortingen zijn in spreektaal zinloos.
Het Nederlands staat er al om bekend dat het moeilijke en onlogische taal is om te leren. Deze jongen die geïnterviewd werd door Ruud de Wild op Radio 2 vond het Nederlands nog niet ingewikkeld genoeg en vergat dat het op sommige gebieden wel degelijk heel logisch is. Maar hé, als je dan een afkorting gebruikt die niet afkort en zelfs langer is, maak je het er ook allemaal niet bepaald makkelijker op.